Posts tonen met het label Postcode Loterij. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Postcode Loterij. Alle posts tonen

dinsdag 9 juli 2013

Gladys

Bloedmooi was ze. Mijn klasgenote Gladys. En ze had alles wat ik niet had: een tropisch tintje, ogen die je hypnotiseerden en een lach waarvoor mannen in de rij stonden. Met haar perfecte ronde vormen en de hartelijkheid die ze uitstraalde, liet ze elk levend wezen dat testosteron bezat de Maas volkwijlen. Gladys was volmaakt. Zelfs haar exotische, korte achternaam klonk duizendmaal mooier dan de Germaanse Oberstormbahnführerkreet die schalde als ik werd gezocht. Ze was zo aardig dat het zelfs mij niet lukte om hartstochtelijk jaloers op haar te zijn. Telkens als ze een spannend avontuur had beleefd, hing ik aan haar lippen. Dan straalden haar ogen en kneep ze vol vertrouwelijkheid zachtjes in mijn arm. En ook al was mijn leven nog niet een tiende zo prettig, ik gunde het haar.
Het geluk leek aan Gladys' kont te plakken. Fietsten we door glassplinters, dan had iedereen een lekke band, behalve zij. Werd er iets verloot: Gladys won het. De dag dat onze gymlerares besloot dat een van haar leerlingen een gymles mocht geven, werd Gladys uitgekozen. Als enige die was gevraagd - en niet door familie naar voren geschoven - liep ze mee tijdens de jaarlijkse modeshow in het dorp. Daar paradeerde ze tussen zes niet al te mislukte boerderijmeisjes in de klapper van de show: de trouwjurk. Haar benen kwamen voorbij mijn borsten.
De laatste keer dat ik haar zag was op een foto, gemaakt op het eindexamenfeest. Ik was daar niet bij omdat mijn ouders drie weken voor mijn examens besloten te scheiden, maar mijn vriendin vertelde dat Gladys er tijdens de diploma-uitreiking oogverblindend uitzag in haar rode jurk.


Op het moment dat ik mijn studentenhok inwisselde voor een huurflat op zestien hoog, hoorde ik over haar bruiloft. Haar nieuwe achternaam was die van de vroegere schoolhunk. De naam die we jarenlang allemaal in onze agenda's droedelden en voorzagen van dramatische hartjes.
Het kwam dan ook als een grote verrassing toen ik jaren later op een verjaardag hoorde dat Gladys verdrietig was. Ondanks haar goede baan en geweldige huwelijk, lukte het haar niet om zwanger te worden. Haar lichaam liet het afweten en ze was er kapot van. Nu heb jij ook wat, dacht ik, want ik was het jaar ervoor mijn grote liefde verloren. Beschaamd keek ik naar mijn stuk appeltaart. Bijna tien jaar heeft mijn schuldgevoel over die ene gedachteflits zich in mij verankerd. Dit verdiende Gladys niet. Bij iedere vriendin die zwanger werd, dacht ik aan Gladys.
Ademloos bekijk ik een bekend gezicht in een tijdschrift. Gladys' perfecte gebit fonkelt bijna als ze lacht. Stralend en slank zit ze in een luxe nieuwbouwwoning op de bank. Een prachtig jongetje van een jaar of zeven schurkt zich tegen haar aan. Haar zoon, vertelt ze in het interview. Na een verschrikkelijke ziekte, nestelde hij zich als spontaan cadeautje in haar buik. Alles is prima met hem. En met haar. Maar, stelt ze heel duidelijk, ze zou alles hebben opgegeven voor een baby. Zelfs de miljoenen die ze won in de Nationale Postcode Loterij.

dinsdag 3 juli 2012

allemaal opstickeren!

De dag dat ik in mijn huis trok, nu al weer jaren geleden, zag ik op de brievenbus een sticker. ‘Nee-Nee’ stond erop: geen ongeadresseerde reclame en ook geen plaatselijke sufferdjes. Gedachteloos probeerde ik bij het pimpen en poetsen van mijn nieuwe kasteeltje de plakrand los te peuteren, maar het ging zo moeizaam dat ik het tot nader order uitstelde.

Eerst was het nog even lastig. Verfblikken stonden braaf op reststukken behang in plaats van op de Kruidvat-folder. Ramen werden bij gebrek aan mintgroene bloemenslips uit de Zeeman-krant afgeplakt met De Telegraaf van mijn moeder. De badkamer kreeg nieuwe kit en voegsel met dank aan duct-tape en opengeknipte nieuwe vuilniszakken. Er was simpelweg geen enkel Xenos-blaadje of Hema-boekje voorhanden. Maar alles went, en de sticker zit nog op de voordeur.

Om er zeker van te zijn dat ik werkelijk niets mis van alle pret, neem ik af en toe uit de supermarkt het plaatselijke koeriertje mee. In het rekje naast kassa 1 lonkt het gemeentelogo vrolijk naar me, alsof het me probeert te verleiden. Mijn dorps-chauvinisme laat me dan zwichten en ik buig. Eenmaal thuis, met een kopje thee naast me, ploeter ik eerst moedig door alle zwart-witfoto’s van de zoveelste diamanten bruiloft. Een taartetende burgervader lacht als een boer met kiespijn tussen de letterlijk grijze besjes. Daarna komen de interviews met jeugdige prijswinnaars van de kleurwedstrijd van zonweringleverancier, vogelvereniging of supermarkt. Op de volgende pagina een eufemistische recensie van de toneeluitvoering van de damesclub. Aansluitend dieptegesprekken met de gemeenteraad over het nieuwe zebrapad. Na de oproepjes ter overname van een seniorenbed of ‘zo goed als nieuwe’ rollator weet ik het wel weer. Hier mis ik niets aan: de sticker blijft zitten.

Toch weten ze me te vinden, dwars door mijn brievenbus. Lokale winkeliersverenigingen met hun braderie, de wijkagent die inbraakpreventietips voor me heeft, vlijtige buurtvrouwen die afvalpillen willen slijten… Twee woorden achter elkaar lezen is voor sommigen nog iets te moeilijk.

En dat is slechts het topje van de ongewenste-reclame-ijsberg. Ik word bedolven onder spam in mijn e-mailbox. Opdringerige sms’jes bliepen op mijn telefoon. Als ik mijn e-mail lees, kruipen banners als een olievlek over brieven. Invasies geadresseerde maar niet te stoppen Postcode Loterij-brieven. Garages die mij vertellen dat mijn auto gekeurd moet worden. Gelukkig hebben zij een megagoeie deal voor me in hun showroom. Zelfs als ik werk floepen er ineens precies dezelfde producten op mijn scherm als die ik de dag ervoor als potentiële aankoop bekeek. ‘Ben je mij nog niet vergeten?’ lijken ze te roepen. ‘Joehoe! Koop mij!’

Het meest idiote staaltje van opdringeritis trof ik deze week onder de ruitenwisser van mijn auto. Door de aanhoudende regen plakte het fotopapier waarop de tekst gedrukt was tegen de voorruit. Met veel moeite en gepruts pulkte ik het foldertje er met mijn nagels af. Het resultaat was een grote, witte vlek op mijn prachtige autoraam. Lijmresten van het glossy drukseltje bevlekten oneerbiedig mijn allerliefste blikje. Mijn ogen schoten vuur toen ik het doorweekte en gescheurde vodje las. Het was een werving van een autowasserette.