dinsdag 16 juli 2013

vertrouw niemand in een Nissan Micra

Al bij het wakker worden heb ik er zin in: vriendinnendag. Vandaag ga ik lunchen en bijkletsen met mijn liefste vriendinnetje. Met een tas vol gelezen tijdschriften en een cadeautje draai ik mijn auto de straat uit. Over twintig minuten zie ik haar weer. Mijn vingers tikken vrolijk op het stuur in de maat van de muziek. Mijn schouders wiegen heen en weer.
Halverwege mijn ritje rem ik af voor een rotonde. De afslag naar rechts is versperd door werkzaamheden en de auto voor me zoekt voorzichtig zijn weg. Mijn liedje begint aan het refrein en omdat ik het ken en de zon een tikkeltje doorbreekt, zing ik hardop mee. Alles is veilig: ik kan optrekken en oversteken. Met mijn voet al boven het gaspedaal, zie ik het gebeuren. Een auto schiet vanaf links met een rotgang de rotonde op. Ik schrik ervan. In een flits suist er een fiets door de lucht. De berijder, een jongen van een jaar of twintig, klapt tegen de grond. Hij heeft zo hard geremd dat hij de grond eerder raakt dan zijn fiets. Er komt een vonkje van het stuur. De automobilist schiet met stuurse blik voorbij. Zonder om te kijken rijdt hij door. Heeft hij niet gezien wat hij heeft gedaan, of is het Theo Tokkie himself? De jongen zit op de grond, zijn geschaafde handen hulpeloos geheven naar de auto die hem geen voorrang gaf. Mijn ogen en hersenen proberen het gebeurde te koppelen, maar het lukt niet zo goed. In mijn hoofd is het een warboel. Zag ik het nu goed? Dan werken mijn hersenen weer. Maar dát gaat niet gebeuren, denk ik, en voor ik het besef geef ik een dot gas. Mijn auto spuit vooruit en midden op de rotonde ga ik stilstaan. De doorrijder, een dertiger in een kleine Nissan Micra, komt stomverbaasd tot stilstand. Hij kan geen meter vooruit. Ik draai demonstratief de contactsleutel om en sla mijn armen over elkaar. Mijn motor verstomt. Aan de overkant parkeert een bestelbus achter de brokkenmaker. Nissanman kan geen kant meer op. Geërgerd kijkt hij me aan.
De dame uit de auto achter me spurt naar hem toe en rukt tevergeefs aan het vergrendelde portier.
De jongen wordt overeind geholpen door een oudere man. Hij klopt het vuil van zijn jas. Zijn broek is gescheurd. De fiets lijkt total loss. Nissanman blijft zitten. Hij draait het raampje open. Uitstappen is niet nodig.
De man van het bestelbusje heeft het figuur van een bulldozer. Hij noteert het kenteken van de zilverkleurige Micra en wenkt de bestuurder, die nu gelaten uitstapt. Zijn handen wijzen naar de hemel. Bestelbusman slaat zijn arm om de schouder van de trillende jongen die nu pas beseft wat hem overkwam. Achter me is de rij auto's gegroeid tot een kleine file. Ik zie het in mijn spiegeltje. Ik gebaar naar de man uit het busje of ik kan helpen. Hij schudt zijn hoofd en steekt zijn duim op. Ik zwaai terug en start met een glimlach de motor. Ik heb weer iets nieuws geleerd over mezelf. Rustig geef ik gas. Mijn vriendin wacht op me.

3 opmerkingen:

  1. Goed gedaan!!
    Het zal vast heel anders afgelopen zijn met de arme fietser als je dit niet gedaan had.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Wat stoer! Goed gehandeld! Bij deze kan je kordaatheid aan je lijstje toevoegen!

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Leuk om het verhaal nu te lezen, goed geschreven! En zoals gezegd, heel goede daad!!

    BeantwoordenVerwijderen

Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.