zondag 20 mei 2012

hellehond


Op haar pumps met tijgerprint waggelt ze de kamer in. In haar handen een met poëzieplaatjes beplakt dienblad.
"Héhé,” ploft ze op de bank. De paarse legging trekt in haar kruis.
Helen is de nieuwe vriendin van Niko. Vroeger was ik misselijkmakend verliefd op Niko. Stoere, semi-intellectuele Niko. Het is nooit iets geworden, maar Niko bleef altijd ergens opduiken. Nu is Helen er. “Je zult haar enig vinden,” zei hij in de supermarkt. “Kom snel eens op de koffie.”

Helens gezicht glimt van de plamuur en haar wenkbrauwen zijn clownesk zwart. Niko’s studentikoze huis is verworden tot een bloemenpaleis. Plastic koekjes glimmen in Xenos-schaaltjes, zijden klaprozen hangen meewarig in een lampetstel vol opgeschilderde roosjes. Consequent als ze is, heeft ze een tijgerhaarbandje in haar spierwitte, korte haar. Ze zucht verliefd opzij.
Net als ik het wikkeltje van mijn Ferrero Rocher-bonbon afpel, gebeurt het. Het geluid trekt door merg en been en bezorgt me rillingen.
“Chanel hier?” kirt Helen en zigzagt haar achterste naar het puntje van de bank tot haar hakjes de grond raken. Het krabben zwelt aan en er komt een piep bij. Als de deur geopend wordt, stuift er een keffend wit bolletje langs. “Grote meid!” Helen tilt het hondje op en laat haar mond aflikken. “Kuskus voor mama,” fleemt ze met getuite lippen. Ze drukt Chanel op borsthoogte tegen haar goudkleurige truitje. Het tongetje slingert nerveus een nevel van spetters rond.

“Chanelletje mag geen chocosnoepje hè? Ons baby’tje krijgt een hondiewondie-kluifje.” Niko kijkt gelukzalig naar het tafereeltje, met opgekrulde mondhoeken, trots als ware het zijn gezin. De hond springt op de bank. “Eerst pootje voor mama,” zegt Helen. Haar kin is nat en er zit een veeg felroze lipstick op haar wang. “Jij bent zo’n lekkere drol, hè Chanelletje?”. Ze kroelt door het vachtje. Kwijl drupt op het leer.

“Wij hebben onze vakantie al geboekt: twee weken Benidorm. En jij?” Ik ken Niko niet anders dan vol reisverhalen over Cuba, Paaseiland, Congo en Mongolië. Nu is het Benidorm en draagt hij sloffen: bruine pluchen berenpoten. Even flitst er een quote van Socrates door mijn hoofd: “ken uzelf”. Het motto van Niko op school en zijn excuus voor ellenlange filosofische discussies, doorspekt met woorden die ik toen nog niet begreep.

“Ben je gelukkig Niko?” vraag ik als het tijgervrouwtje naar de keuken trippelt. Hij glimlacht engelachtig en sluit een seconde zijn ogen. Met zijn handen rolt hij het hondje omver en masseert het harige buikje. Door de boxen zet Koos Alberts een nieuw deuntje in.

Dan klettert er een gele straal omhoog. Het drupt met een boogje over de bank en kleurt het zalmkleurige karpet grijs. “Hel? Neem even een doekje mee!” roept Niko. “Ons meisje heeft een plasplas gedaan.”

2 opmerkingen:

  1. Klinkt als een hondje dat dol is op Franse kaas....

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Zoete hond,zoet stel maar niets voor jou!!!
    'Zonnebloem'

    BeantwoordenVerwijderen

Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.