dinsdag 24 september 2013

klotezomer


Hoera het wordt weer herfst! Met de winter op de loer! Ik ontvang het najaar met open armen. Samen met de felle stortregens en sierpompoenen voor de deuren, krijg ik namelijk mijn man weer terug. Juichend zet ik de thermostaat een graadje hoger: het is weer voorbij.
Als de eerste zonnestralen dagelijks de tuintegels een stukje verder aftoppen, kruip ik elk voorjaar weer in mijn schulp. Krullen de blaadjes zich voorzichtig open aan de verder nog lege takken; dan weet ik dat mijn tijd voorbij is. De lente; elk jaar weer feestelijk geopend met de nachtmerrie voor iedere vrouw boven de 35: Rokjesdag. Verzonnen door Martin Bril en omarmd door het manvolk. Hoe meer rokjes, hoe beter. Eerst flaneren ze nog wat schuchter over straat, maar rap na Pasen explodeert het benenparadijs. Knokig, slank, vlezig en pezig: manlief bekijkt ze allemaal van top tot teen. Liefst onder rafelig afgeknipte spijkerbroeken waar nog een stukje bil uitpiept.
Maanden was hij niet vooruit te branden, nu wil hij ineens “winkelen”. Op zijn horloge klokt hij vijfendertig minuten af. Daarna wil hij koffie drinken op een terrasje waar het wemelt van spaghettitopjes met wiebelende borstjes die zachtjes meedeinen met het gegiechel. “Nog een cappuccinootje, schat?” vraagt hij dan.
Zijn blik is verankerd in de fraaie billen van de serveerster en ik kijk schuldig naar de haartjes op mijn benen, mezelf afvragend of ik kattegrit heb gekocht. Mijn man wordt opgeslokt door heel andere gedachtes. Ineens voel ik zijn hand op mijn dij: “Is dat niets voor jou?”, wijst hij met röntgenogen naar een dame in een rokje van rood lakleer. Ze is minstens vijftien jaar jonger en vijftien kilo lichter dan ik.
Mijn allerliefste, die ik 's winters thuis kan uittekenen in de door hem toegeëigende fauteuil, transformeert langzaam van Dexter-addict naar vlotte vent. Over de schutting maakt hij de olijkste grapjes met de buurman. De lingeriefolder die bij mijn vriendin op tafel ligt, heb ik nooit op onze deurmat gezien. In de supermarkt wuift hij twee tieners in heupbroekjes galant vóór onze afgeladen familiekar. Dezelfde man die maandenlang zeurt om rookworst, gourmetavonden en Franse kaas, wil opeens wortelsnacks en kipfilet.
In de maand augustus ziet hij nieuwe perspectieven. Op vakantie in Italië scheuren schaterlachende schonen ons voorbij op hun Vespa's. Ze zwaaien luchtig in het voorbijgaan, hun tanden stralend wit en met wapperende bossen glanzend haar. Mijn man schuift zijn zonnebril omhoog als hij zich omdraait. Kleine stofwolkjes dwarrelen op het pleintje. Voor ik hem kan stompen, stapt een nieuwe Bella voor zijn neus een winkel uit. Die middag erken ik mijn nederlaag met terugtrekkende bewegingen naar het washok op de camping. Mijn man vermaakt zich in het zwembad. Ik zie hem vanuit mijn ooghoek zwemmen; rakelings langs de ligbedden vol bekoorlijke dames met hun buiken vol kokosolie en parelende druppels boven hun lippen. Mijn wraak is zoet: aan de waslijn, tussen onze tent en die van de zes studentes uit Sittard, hang ik zijn uitgelubberde witte slips, maatje extra large.


Ik heb mijn man weer snel voor mezelf.

dinsdag 17 september 2013

hollandse hufter

"Nou, wij zijn deze zomer dus negen dagen op safari geweest, ik en Elly. En ik kan je verzekeren: twee dagen is lang genoeg. We begonnen al fout door vooraf een dag naar Nairobi te gaan. Dat wilden we wel eens zien: zo'n stad in de rimboe. Het was niks. Zelfs het duurste hotel was oubollig en krakkemikkig. Dan moet ik erbij zeggen dat die negers nog best aardig waren.
Tja, toen kwam Kenia. Elly zei "doe maar juli, lekker weer. Maar niks hoor. Het was tussen de 9 en 23 graden. Daar is niks tropisch aan. We liepen met een trui aan in Afrika. Leuke vakantie heb je dan. Dan was Phuket stukken beter.
Dag één was nog wel aardig. De eerste keer dat je zebra's ziet rondlopen is best lollig. En buffels, ook grappig. Maar na vier uur rijden hadden we het wel gezien, nietwaar El? En er was niet eens Wifi. Zat je daar in zo'n jeep. Het dak was dicht en tussen het ijzeren frame waren kijkgaten gemaakt. Heel leuk hoor, maar getverderrie. Je werd door elkaar geschud tot en met en we zaten helemaal onder het stof. Afschuwelijk. En bonken op die zandpaden. Overal hobbels in de weg. Mijn nieren zitten nog achterstevoren. Leuk zo'n savanne, maar van al dat geld dat ze aan toeristen verdienen, verwacht je toch wel comfortabel asfalt. Op een gegeven moment zei de gids dat er leeuwen gezien waren aan de andere kant van het meer. Dat was twee uur extra rijden in die rammelbak en ook weer twee uur terug. Nou, laat dan maar zitten.
Na de zebra's, buffels en neushoorns kwamen de olifanten en giraffen. Geloof me, ook die heb je na een paar uur wel gezien. Elly zag nog een leeuw die een kadaver opvrat, maar toen we foto's wilden maken, sleepte hij zijn prooi het helmgras in. Alsof wij dat dooie beest wilden afpakken. Trouwens, in Thailand mag je op de olifanten rijden. Dat kon hier allemaal niet.
Een keer overnachtten we bij de Masai, zo'n inboorlingenstam. We kregen een welkomstdans. Stonden ze daar te springen in die rode lappen. Het was niet om aan te horen, echt.
Je moest ook vooraf vertellen hoe laat je wilde douchen, zodat je warme water vooraf gekookt kon worden. Alsof ik weet hoe laat ik wil opstaan op vakantie. En als je 's nachts wilde kakken, moest je zo'n inboorling roepen. Dan wapperde hij naast je met een zaklamp om de wilde dieren weg te jagen. Elly zei nog, "daarom dragen ze vast die malle rode jurken. Als rode stierenlappen, zodat de leeuwen de toeristen niet opeten."
Wij zijn gelukkig weer thuis. Weg van die enorme stofwolken en het viezige gevoel. Ik heb zebra's genoeg gezien voor de rest van mijn leven. Het verveelt zo snel, zo'n safari. Ik zei al tegen El: "Volgend jaar gaan we weer lekker naar Thailand. Die negers blijven maar bij hun giraffen. Saint Tropez is ook goed. Beetje lunchen bij club Nikki Beach. Lekker schoon, wit en fris. En ze hebben daar tenminste champagne die fatsoenlijk schuimt als je in de disco een champagnedouche wilt."
 

dinsdag 10 september 2013

hello titty!


"Mijn bruiloft wordt een drama als ik geen nieuwe borsten heb!"
Sprakeloos staar ik naar het televisiescherm. Ik kijk naar het TLC-programma Bridalplasty waar een bloedmooie dame deze zin huilend uitspreekt. Om haar heen knikken elf andere vrouwen bevestigend. Kirstens bruiloft wordt nóóit een succes met deze mandarijntjes onder haar trui.
Het programma, gepresenteerd door een kloon van Marijke Helwegen, volgt twaalf dames die wekelijks cosmetische operaties kunnen winnen. Er komt een gezellige 'injectables party' en de uiteindelijke winnares krijgt aan het eind van de serie nog een bruiloft.
Deze week moeten de kandidaten hun huwelijksgeloften opschrijven. Degene wiens 'vows' het best matchen met wat hun verloofde hoopt, krijgt een retourtje privékliniek voor een operatie naar keus.
Noem me naïef, maar bij het woord 'huwelijksgeloften' dacht ik altijd aan emotionele, doordachte teksten die symboliseren waar het huwelijk voor staat. Ik dacht aan verrimpelde handen die elkaar zoeken in de bus. Aan je partners rolstoel duwen als het tegenzit en aan gelukkig zijn met wat je hebt, of dat nu twee ton op de bank, of een stokoude kampeertent is. Gisteren heb ik geleerd dat ik hopeloos romantisch ben. In het land van Mickey Mouse blijken hoop en beloften anders.
Slechts twee dames bieden "eeuwige trouw en steun in voor- en tegenspoed". De rest belooft zonder blikken of blozen zes dagen seks per week en niet meer mopperen na 's mans casinobezoek. Star Wars-verzamelingen mogen na het jawoord toch blijven en eenmaal getrouwd wil vrouwlief wél mee naar wedstrijden van de Chicago Cubs. Mijn oren flapperen ervan.
Gaan deze mensen ooit werkelijk beslissen over de nieuwe Amerikaanse president en indirect de toekomst van Syrië en Irak? Verbaasd slik ik mijn opgehoopte brok speeksel weg en probeer genoeg moed te vinden om verder te kijken. Het moet toch beter worden? Dit programma is vast een grapje.


Na alle geloften en het verzamelen van de punten, rollen bij twee dames tranen vol uitgelopen mascara over de wangen. Zij wonnen deze week geen ingreep. "Het is niet dat ik het niemand gun, ik heb die wittere tanden en liposuctie in mijn bovenarmen alleen zo ontzettend hard nodig," grient een van de - overigens prachtige - meisjes. Überbitch Jenessa knikt minzaam. Zij heeft hele strategieën uitgedacht om andere kandidaten weg te werken. Haar enige ambitie is 'de perfecte bruid zijn'. Dat lukt alleen met fillers, een wenkbrauwlift en een neuscorrectie. Dat ze daarbij anderen de grond intrapt maakt haar niet uit. 'In het kader van competitie is alles geoorloofd,' kwettert ze. Met haar elleboog duwt ze een andere kandidaat uit beeld.
Met ingezakte schouders besluit ik het programma af te kijken. Intussen google ik op mijn laptop en zie dat er forums vol vurige discussies zijn over wie het meest recht heeft op de trouwerij. Ik vind zelfs twee pagina's vol gebabbel over de irritante manier waarop bride-to-be Lisa het woordje verloofde uitspreekt (“fi-ahhhhhhhn-céééééé"). Bridalplasty is allerminst een grapje. Het is de tendens van hoe jonge vrouwen denken dat hun wereld beter wordt.
Cheyenne (21) wint het programma van vandaag. Zij mag direct door naar het ziekenhuis en krijgt als beloning een versmalde neus. Ze is extatisch van geluk.


Bridalplasty: maandagavond, 22.00 uur, TLC.

woensdag 4 september 2013

Nokia E66



Ik moet een nieuwe telefoon. Dat klinkt een beetje dwingend. Als een luxe uitspraak. Het wekt de indruk dat ik toe ben aan iets nieuws. En om eerlijk te zijn, ben ik dat ook.
Ook al ben ik van de generatie die nog een gele Sony walkman had - met van die rubber randen eromheen - , ik ga met mijn tijd mee en ben al jaren mobiel bereikbaar. Mijn huidige telefoon is een Nokia E66. Ik kocht hem in juli 2008: in het huidige tijdperk vol snufjes is dat de prehistorie. Er zit nog net geen slinger aan die in de ochtend moet worden opgedraaid. Appen - dat schijnt heel handig te zijn - kan ik er niet mee, net zomin als filmpjes opsturen of een internetpagina op mijn schermpje met formaat postzegel uploaden. Om nog een beetje over te komen als een hippe meid en niet als dinosaurus, prijkt er op de rug van mijn Nokia een sticker van Hello Kitty; mijn stiekeme vriendinnetje. Die opzichtige sticker heeft me zeker nog een jaar geholpen de boel een beetje te pimpen, zoals dat in hedendaags jargon heet.

In mijn portemonnee is het grote sparen inmiddels begonnen, want ik ben me rot geschrokken van de prijzen van een kekke foon. Een iPhone doet toch minstens zevenhonderd euro. Sinds ik dat weet, heb ik nog minder respect voor een kennis die wel ieder nieuw type aanschaft maar intussen jaloers klaagt dat ze ook wel eens een nieuwe jas zoals de mijne wil hebben. Zevenhonderd euro voor een telefoon gaat Karmanie in nog geen zevenhonderd jaar betalen. Een mobieltje is voor mij geen statussymbool maar een communicatiemiddel. En mijn oude doet het nog steeds.
Toch ontving ik vorige week een sms'je van een opdrachtgever. Kan ik je appen? Het was na de cynische opmerking van een interviewee* en die keer dat ik meewarig werd bekeken door een ober die mijn Kittyfoon op tafel zag liggen, wel een signaal. Ik ben niet meer hip. Ik wek de indruk dat ik niet meer van deze tijd ben en, erger, misschien ook wel gedateerde stukjes schrijf. Over gele middeleeuwse Sony-walkmans met rubber stootranden erom, bijvoorbeeld. Daarom ga ik binnenkort op zoek naar een meer prijsbewust wonder waarmee je gewoon kunt bellen en dat tegelijkertijd een king size scherm heeft. De Galaxy Grand, misschien? En er moet natuurlijk wel een Hello Kitty-cover omheen passen.
De fraaiste aanwijzingen dat ik met mijn Hello Kittymobiel thuishoor in het land der fossielen, kreeg ik de afgelopen weken toen ik wat beter om me heen keek. Voor me in de rij bij de supermarkt stond een meisje van dertien met de allernieuwste iPhone. Op vakantie had de meest armoedige straatventer kapotte sokken in sandalen maar wel een kekke Samsung Galaxy en - de klapper - bij de bushalte speelde een zo te zien zevenjarig kind op een Sony Xperia Z.
Later las ik het berichtje van een andere tiener: Moest vandaag kut formelier inlevere mr me tostie was facking lekkah. En nu chilluhhhh!!!!
En dure iPhone of niet, zo trendy en blits schrijf ik als Typosaurus Seniorus zelfs niet op de allernieuwste en allerduurste telefoon.


*interviewee: iemand die geïnterviewd wordt.